We pikken er een paar voorbeelden uit: we staan stil bij de levensvisie van de Egyptenaren, illustreren een paar van de overtuigingen die leven of leefden in Afrika, Oceanië… We presenteren kort de ideeën rond karma en wedergeboorte in de grote Indiase religies, de verwachting van het eeuwige leven in de Religies van het Boek en sluiten af met een paar van de ideeën waarop vrijzinnig humanisten steunen.
Neem een kijkje in de zaal
je ziet onder meer de imposante Bardo-torens (met overgangsvisioenen van de dode), cimbalen en trompetten en andere rituele instrumenten, een thangka met transcendente en menselijke Boeddha's …”

Voor de oude Egyptenaren was sterven niet het einde. Zij leefden verder in een wereld na de dood en hoopten uiteindelijk te mogen vertoeven bij de goden, zoals de zonnegod Amon-Re en Osiris, de heerser van de dodenwereld.
Memphis, Laatfaraonisch tot Grieks-Romeins (712 v. Chr. tot 395 n. Chr.), Brons, MAS (AV.1879.001.023)

Dodenboek
Eerst maakten doden een lange en gevaarlijke reis door de onderwereld (Doeat). Daarom kregen ze in hun graf het Dodenboek mee, waarin stond hoe je de reis het best aanpakte. Met het oog op een rijkelijk leven na de dood kregen ze ook voedsel en uitrusting. Tot lang na het overlijden bezocht de familie de voorkamer van het graf, om er voedsel en drank te schenken en te bidden.
Fragmenten van het Dodenboek op mummiewindsel, Memphis, Ptolemaeïsch (332 tot 30 v. Chr.), Linnen en vlas, MAS (AV.4943.1-2 en AV.4943.2-2/AV.4946.1-2 en AV.4946.2-2)
Vele Afrikaanse kunstvoorwerpen hebben een rituele betekenis: ze brengen scheppingsmythes tot leven, zorgen voor vruchtbaarheid en houdt de herinnering aan de voorouders intact.
Dit Kanaga-dansmasker van de Dogon trad op tijdens dodenherdenkingen en hielp de zielen de status van vooroudergeesten te bereiken. Het bovenstuk in de vorm van het Lotharingse kruis heeft een meerduidige betekenis: voor de onvolledig ingewijde is het een dier, voor een ingewijde stelt het de scheppergod voor die met twee paar armen naar hemel en aarde wijst.
Dogon, Mali, 20ste eeuw, Hout, pigment, hars en ijzer, Aankoop W. Mestach, 1961, MAS (AE.1961.0067)
Wrijforakel (itombwa) in de vorm van een jachthond
Er is een zichtbare en een onzichtbare wereld, en een bezielende kracht verbindt die met elkaar. De communicatie tussen mensen en geesten, levenden en doden verloopt via offers, waarzeggerij, rituele dansen en inwijdingsceremonies.
Dieren zijn geschikte bemiddelaars tussen de mens en de onzichtbare wereld. Een Kuba-waarzegger gebruikte dit wrijforakel in de vorm van een jachthond om in contact te komen met de geesten. Met zijn scherpe reukzin was de viervoeter zijn ideale assistent.
Kuba/Bushoong, Democratische Republiek Congo, Eind 19de -begin 20ste eeuw, Hout, Aankoop H. Pareyn, 1920, MAS (AE.0223)
Op de eilanden van Melanesië bestonden van oudsher talloze lokale vooroudercultussen die leven en dood met elkaar verbonden. Dodenrituelen hielpen de overledenen bij hun uittocht uit de maatschappij der levenden. Zo konden ze uiteindelijk de status van voorouders verwerven. De rituelen leidden ook de vrijgekomen en mogelijk gevaarlijke levenskracht in goede banen.
Deze Malanggan-sculptuur, een vogelkopfiguur, belichaamt mythische wezens en voorouders. De complexe decoratie boven de kop symboliseert groei en vruchtbaarheid.
Noorden van Nieuw-Ierland, Ca. 1900, Hout, pigment, rotan, bast, schelp en merg van biesjes, Schenking C. Hemeleers, 1925, MAS (AE.0086)
Voorouderpaar totok
Ook dit Malanggan voorouderpaar belichaamt voorouders. Opvallend zijn de Europese invloeden. Mogelijk werden de beelden gemaakt voor de verkoop aan toeristen.
Noorden van Nieuw-Ierland, Ca. 1900, Hout, schelp en pigment, Aankoop Van Herck, 1953; ex-verzameling Jan De Schuyter, MAS (AE.1953.0006.0001; AE.1953.0006.0002)
India is de bakermat van drie oeroude religies: hindoeisme, boeddhisme en jainisme.
Alle drie geloven ze in de wedergeboorte: na de dood leeft de geest verder in een ander lichaam. Karma, de daden uit vorige levens, bepaalt de kwaliteit van het nieuwe leven. Dat is een natuurwet. Er is dus geen god of rechter die oordeelt. Zelf de verlossing bereiken en niet meer herboren worden is het hoogste doel.
- Hindoeïsme
Hindoes vereren veel goden, maar die verpersoonlijken aspecten van één absolute kracht: de al-ziel (brahman). Voor hen betekent de verlossing (moksha) dat de ik-ziel (atman) na de dood één wordt met deze al-ziel.
Ganesha, de bijzonder populaire godheid met het olifantenhoofd, wordt vooral vereerd, omdat hij hindernissen wegruimt. Hij brengt wijsheid en geluk. Vandaar dat mensen hem bij het begin van elke onderneming aanroepen. Ganesha draagt altijd een gebedssnoer, een prikhaak en een kommetje met snoep. Hij heeft een afgebroken slagtand. Die verloor hij bij een gevecht. Een te ijverige eigenaar heeft in dit beeld de slagtand gerestaureerd.
Ganesha, Java, Indonesië, 12de eeuw, Grijze lavasteen, Aankoop Walter Tamm, 1963, MAS (AE.1963.0062.0001)
De moedergodin Mahadevi, bron van leven en vruchtbaarheid, wordt in India uitgebreid vereerd. Haar cultus is oeroud en inheems, en haar vele voorstellingen tonen het Indische schoonheidsideaal: volle borsten, bolle buik, brede heupen en smalle taille.
Net zoals van de god Shiva zijn er ook van Mahadevi afschrikwekkende voorstellingen, zoals Kali of Durga. In die gedaanten heeft zij een beschermende functie.
Mahisasuramardini, durga als doodster van de buffeldemon, India, Begin 19de eeuw, Brons, Schenking Vrienden van het Etnografisch Museum, Antwerpen, 1990, MAS (AE.1990.0032.0010)
- Boeddhisme, de weg naar het nirwana
Het boeddhisme dankt zijn naam aan Siddharta Gautama, een Indiase prins die zijn volgelingen later de Boeddha - ‘ontwaakte’ of ‘verlichte’- noemden. Hij zocht een manier om te ontsnappen aan het lijden en uit de kringloop van wedergeboorten.
Door vreedzaam en onthecht te leven blijft je karma verbeteren, je kunt dan de verlichting bereiken door de juiste meditatie en concentratie. Dan ga je na de dood op in het nirwana, het oneindige niets, en word je niet meer herboren. Je bent verlost uit de kringloop van wedergeboorten.
Boeddha Sakyamuni, Nagapattinam, Zuid-India, Vijayanagar-periode, 14de eeuw, Brons, Aankoop Marcel Nies, 2001, MAS (AE.2001.0001.0001.1-2/2)
Deze 'negen overdenkingen', een topstuk van de MAS collectie, tonen een mooie prinses in vol ornaat en vervolgens de ontbinding van haar dode lichaam. Uiteindelijk blijft er niets over. De boodschap luidt: het lichaam is slechts een tijdelijk omhulsel, alleen de geest blijft en wordt herboren in een nieuwe vorm. Samen met de Chinese verzen ondersteunden deze illustraties de meditatie van monniken die hun aardse verlangens wilden verdrijven.
Negen overdenkingen over de onreinheid van het lichaam: het lichaam als omhulsel, Kinugasa Morishige, Japan, 1670-1680, Papierschildering, Legaat Max Elskamp, 1932MAS (AE.4552.1-20/20)
- Jains: niet doden van alles wat leeft
Het jainisme is een van India’s oudste religies. Het sluit aan bij het animisme: alles in de natuur heeft een ziel. Niets daarvan mag worden geschaad. Jains zijn dan ook absoluut geweldloos en hebben een groot ecologisch bewustzijn.Jains kunnen hun ziel verlossen, en zo zich verlossen uit de kringloop van de wedergeboorte, dankzij de juiste kennis, het juiste geloof en het juiste gedrag: de drie juwelen. Zij leven vijf geboden na: niet doden, niet stelen, niet liegen, geen onkuisheid plegen en niet gehecht zijn aan bezittingen. Op dit doek zien we Mahavira, een leermeester, prediken voor monniken en nonnen, lekenmannen en -vrouwen. Ze dragen een wit monddoekje dat hen verhindert kleine organismen in te ademen. De dieren rondom zitten vreedzaam naast hun prooi.
Samovasarana, prediking van Mahavira, Rajasthan, India, Eind 18de eeuw, Gouache op doek, Schenking Vrienden van het Etnografisch, Museum Antwerpen, 1997, MAS (AE.1997.0029)
Monddoekje en bezem: opzettelijk doden vermijden
Een monddoekje verhindert jain monniken om insecten in te ademen, de kwast om diertjes te doden bij het stappen.
India, 20ste eeuw, Katoen, hout, Schenking Lalit Kumar, 2000, MAS (AE.2000.0596, AE.2000.0578)
Jodendom, christendom en islam zijn religies van het Boek. In de Thora, Bijbel en Koran openbaart God zich aan de mens. Gods richtlijnen bepalen wat een goed of juist leven is, en overlijdens- en begrafenisrituelen zorgen voor de juiste overgang naar het eeuwige leven na de dood. Aan het einde der tijden vindt de wederopstanding van alle doden plaats. God beoordeelt dan hun levensdaden. Als dat oordeel positief is, worden ze voor eeuwig opgenomen in Zijn harmonie, dat is het paradijs. Of eruit verwijderd, dat is de hel.
- 1. Het leven: doen wat goed is
‘Je hemel verdienen’: deze uitdrukking geeft aan dat er na het tijdelijke menselijke bestaan iets moois wacht. En dat je er iets voor moet doen. Gehoorzaamheid aan Gods wetten zal met het eeuwig leven in het paradijs beloond worden. Ingaan tegen Gods wil is een zonde.
Adam en Eva die ongehoorzaam zijn aan God, verbeelden dé oerzonde van de mens. Wat je dus niet moet doen om je hemel te verdienen is het voorbeeld van dit paar volgen. Ook al lijkt de zonde een aantrekkelijke
Links: Adam en Eva en de Boom van Kennis van Goed en Kwaad: joodse voorstelling, Antwerpen, 2018 (naar de originele kussensloop van het Joods Historisch Museum, Amsterdam, Elzas, 18de eeuw, M000998), Katoen, Rechts en links van de boom staat de naam אדם (Adam) en וחוה (Eva).
Midden: Adam en Eva, de slang en het verboden fruit: christelijke voorstelling, Duitsland, 2de helft 16de eeuw, IJzeren kachelplaat, MAS (AV.2260)
Rechts: Adam en Eva in het paradijs: moslim voorstelling (sjiitische traditie), 20ste eeuw, Prent op papier, MAS (AE.1973.0030.0013)
- 2. De dood: overgang naar het eeuwige leven
Het naderende sterven is het ultieme moment waarop gelovigen hun leven overschouwen om er in het reine mee te komen en om vergiffenis te vragen voor fouten jegens God en hun medemensen. De verzorging van de overledene is een spirituele en lichamelijke zuivering: ze maakt de ziel klaar voor het hiernamaals, het lichaam voor de begrafenis.
- 3. Het eeuwige leven
Afhankelijk van periode en religie – en de vele strekkingen binnen elke religie – wordt het leven na de dood niet, abstract of beeldrijk voorgesteld. Joden verbeelden ‘de wereld die komt’ traditioneel niet. Christenen en moslims wel, op uiteenlopende manieren en in onze tijd veel minder ‘letterlijk’.
Christendom: Retabel van Averbode: de bewening van Jezus
Dit altaarstuk is een Vlaams topstuk. Het verbeeldt Christus’ kruisdood, de droefenis daarover en zijn verrijzenis. Jezus’ offer bevrijdt de mensheid van de gevolgen van de erfzonde en luidt een nieuw verbond in van God met gelovige mensen: de mens krijgt, dankzij Jezus’ offer, weer toegang tot het paradijs. De gevolgen van de zonde van Adam en Eva wordt ongedaan gemaakt.
Beeldsnijder: Jacob van Cothem, schilder onbekend, Antwerpen, 1514, Eik, olieverf, MAS (AV.0887)
Islamitische prent met de Tempelberg (Haram al-sjarief) en eindtijdsymbolen
Achteraan op het ommuurde plein staat de Rotskoepel, links het mausoleum van David (Dawud), rechts dat van Mozes (Musa). Voor de Rotskoepel staat de weegschaal voor de weging van de daden van overledenen, en daaronder loopt het smalle pad dat ze moeten bewandelen: gelovigen bereiken het paradijs, ongelovigen vallen in het hellevuur. Rechtsonder de Put der Zielen, waar de Profeet bij de wederopstanding zijn gemeenschap zal verzamelen.
India, ca. 1900, bruikleen van de Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen, Nederland (7031-15)
Vrijzinnig humanisten streven naar een goed en zinvol (samen)leven. Er is geen leven na de dood. Sleutelwoorden van het vrijzinnig humanisme zijn: autonomie, menselijke rede en zelfontplooiing, vrij onderzoek, rechtvaardigheid, menswaardigheid, verantwoordelijkheid. De mens beschikt zelf over zijn leven en dood. Een menswaardige dood is het sluitstuk van het streven naar een goed bestaan, voor zichzelf en voor de anderen.
Deze vrijzinnig humanistische levenshouding komt voort uit een lange traditie van Griekse, Romeinse, joodse, christelijke en atheïstische denkers. Een paar van de denkers in de expo:
Enkele vrijzinnig humanisten, vandaag, vertellen hoe zij kijken naar leven en dood in dit fragmentje.
Onze museumzaal staat natuurlijk nog vol met andere objecten. Tijdens een écht bezoek aan onze expo ontdek je o.m. nog een echte sarcofaag, een prent van Marc Chagall met Mozes en de Tien Geboden, hét topstuk van onze Afrika collectie: een Hemba-beeld van een wakende voorouder uit Congo en nog meer doorleefde getuigenissen van mensen van vlees en bloed op zoek naar diepgaande antwoorden op vragen rond 'Leven en Dood'.